Veiligheid in tunnels
Tunnels vormen cruciale infrastructuur voor transport, maar hun veiligheid is van essentieel belang. Strikte veiligheidsnormen en voortdurende monitoring worden ingezet om een veilige en efficiënte doorgang te waarborgen.
Hoe houden we het samen veilig?
- Hou afstand van je voorligger, ook in file
- Respecteer de snelheidsbeperking
- Steek de lichten van je voertuig aan
- Let op voor de maximale toegestane hoogte
- Stop nooit zomaar in een tunnel
- Draag geen zonnebril
- Zet je radio aan om eventuele berichtgeving te kunnen volgen
- Keer nooit om
Wat doe je bij pech of een ongeval?
- Rij indien mogelijk de tunnel uit of ga zo dicht mogelijk bij de tunnelwand staan
- Zet de 4 knipperlichten aan
- Zet de motor af, laat de sleutel zitten en verlaat je voertuig
- Bel om hulp vanaf een hulppost zodat direct wordt aangegeven van waar je belt
- Verleen de eerste hulp aan gewonden, indien mogelijk
- Zet de knipperlichten aan bij rook of brand en zoek een nooduitgang
Wist je dit?
Bij incidenten in een tunnel starten de verkeersleiders onmiddellijk de afhandeling en eventuele evacuatie op. Daarna ondersteunen ze de hulpdiensten op het terrein, onder meer door ventilatie- en pompsystemen te bedienen. Weggebruikers met pech in een tunnel kunnen de hulp van onze controlezaal inroepen via de noodtelefoons. Er wordt dan meteen bijstand gestuurd.
Terug naar overzicht